Chroom-6 houdende conserveringssystemen

Chroom-6 houdende conserverings systemen

Zeswaardig chroom komt voor in bepaalde oude conserverings systemen. Het vertegenwoordigt een groot risico voor degenen die dit type conservering moeten verwijderen.

icoon arbitrage en mediation

Het zal niemand zijn ontgaan dat er recent veel berichtgeving over de risico’s van Chroom 6 (6 waardig chroom). Deze stof was in het verleden onderdeel van de kleur pigmentering maar ook de corrosiewerende pigmentering van een groot aantal verfproducten. Je moet dan denken aan pigmenten zoals loodchromaat, zink (tetra-oxy) chromaat, etc.

Het gebruik van deze stoffen is vanaf het jaar 2000 in de meeste landen volledig tot stilstand gekomen met uitzondering van specifieke toepassingen zoals de luchtvaart evenals defensie.

Chroom 6 kan dus nog op veel plaatsen aanwezig zijn als onderdeel van bestaande conserveringssystemen. Soms wordt vergeten dat Chroom 6 ook veelvuldig is toegepast als een zogenaamde “conversielaag” voorafgaand aan de applicatie van verf of poedercoating op bijvoorbeeld aluminium of thermisch verzinkt staal. De aanwezigheid van Chroom 6 in verf vormt op zich geen direct risico. Pas wanneer we de oude verf gaan “verspanen”, met andere woorden schuren, schrapen of stralen, ontstaat een risico op blootstelling.

Het is dus van belang om de aanwezigheid van Chroom 6, op het moment dat er een voornemen is om de oude verf te bewerken of te verwijderen, te laten analyseren. 

DCC BV combineert een analyse naar de aanwezigheid van Chroom 6 altijd met een analyse naar zware metalen. De focus op chroom 6 is soms zo sterk dat we dreigen te vergeten dat ook andere bestanddelen (pigmenten) in verf een minstens even groot risico vormen voor het milieu en gezondheid. Het komt regelmatig voor dat geanalyseerde verfmonsters geen chroom 6 blijken te bevatten maar wel zeer hoge concentraties lood. Een tweede reden is dat, wanneer naast Chroom 6 ook nog hoge concentraties van bijvoorbeeld zink aanwezig zijn, het niet altijd technisch mogelijk blijkt om specifiek chroom 6 aan te tonen. Wanneer wel “totaal chroom” (als scheikundig element) aanwezig blijkt, dan zal de verf alsnog als mogelijk Chroom 6 houdend worden aangemerkt om alle risico’s uit te sluiten.   

De analyse van de verf bestaat uit het nemen van een monster van het te testen verfsysteem. De monsters worden in een laboratorium geanalyseerd op de aanwezigheid van de volgende zware metalen;

  • Arseen
  • Cadmium
  • Chroom (totaal)
  • Koper
  • Lood
  • Kwik 
  • Nikkel
  • Selenium
  • Zink

Deze analyse van zware metalen (elementen) vindt plaats door gebruik van een zogenaamde ICP-OES (Inductively Coupled Plasma – Optical Emission Spectrometry). 

De analyse van zware metalen kan ook worden uitgevoerd met behulp van een zogenaamde XRF handheld scanner. Deze scanner maakt het mogelijk om op locatie een verflaag te analyseren op zware metalen. Deze scanner is echter niet in staat om specifiek Chroom 6 te detecteren en kan alleen “totaal chroom” als algemeen aanwezig element vinden. Voor een specifieke chroom 6 analyse zal dan alsnog een aparte analyse plaats moeten vinden. Voor de specifieke analyse van chroom 6 is het apparaat feitelijk ongeschikt.

Het is mogelijk om Chroom 6 kwalitatief aan te tonen op locatie door middel van een zogenaamd “swab test”. Bij deze test wordt een vloeistof gebruikt die een verkleuringsreactie geeft met specifiek Chroom 6. Het nadeel van deze methode is dat de verkleuringsreactie soms niet eenduidig is vast te stellen, vooral wanneer de eigen kleur van het te testen product/verflaag zeer dicht bij de kleur van de indicatieve reactieverkleuring ligt. Er is dus een risico op een “vals negatief” of “vals positief” resultaat.

DCC BV heeft voor wat betreft de specifieke analyse van chroom 6 een voorkeur voor een lab analyse op basis van monstermateriaal dat op locatie wordt verwijderd. De kwantitatieve  analyse van Chroom 6 vindt plaats volgens Soluble Ion Analysis met gebruik van een Discrete Analyser.  Deze methode is gebaseerd op een verkleuringsreactie met diphenylcarbazide op basis van calometrie. De resultaten van de analyse worden gegeven in mg/kg.

De bovengenoemde analyses geven helderheid over de aanwezigheid van chroom 6 en andere zware metalen. Vanaf 2017 is volgens het RIVM de wettelijke grenswaarde (de maximaal toegestane concentratie op een 8-urige werkdag) voor goed oplosbare chroom 6 verbindingen in de lucht op een werkplek 10.000 nanogram chroom-6/m³. (=1 µg/m3). Voor slecht oplosbare chroom 6 verbindingen is de wettelijke grenswaarde voor de werkplek 50.000 nanogram chroom 6/m³.

Er is geen directe relatie tussen de mate waarin chroom 6 aanwezig is in een verflaag en de mate van blootstelling. De daadwerkelijke mate van blootstelling is zeer sterk afhankelijk van de manier waarop de chroom 6 bevattende coating wordt bewerkt en de omstandigheden waaronder dit plaatsvindt.

In algemene zin dient bij de bewerking van chroom 6 houdende coatings afkomend materiaal zoveel mogelijk bij de bron te worden opgevangen, bijvoorbeeld door middel van stofafzuiging.  De bepalingen zoals opgenomen in de “Checklist-Chroom-6-in-oppervlakken” van de Inspectie SZW dienen te worden gevolgd. Zie ook Inspectieszw.nl

    dikte meeten

    Klik hier voor
    Overige diensten